Ronald Weinland

Familie: Uit gevangenschap komen – Deel 6

Adam en Eva: De hele mensheid. Het verhaal van Adam en Eva is de geschiedenis van de hele mensheid. Zij bezoedelden en verdraaiden hun geest (hun vermogen om te redeneren en om juist te denken) toen zij zondigden, en de hele mensheid is hun op dit pad gevolgd door voor zichzelf te kiezen hoe zij het leven willen leven, in plaats van zich aan God te spiegelen voor de enige ware manier van leven.

Hoewel zonden het gehele menselijke denkproces infecteren, komt dit toch het meest duidelijk naar voren in het denken (de gedachten) en het handelen ten aan zien van geslachtsgerelateerde zaken en in het bijzonder het onderwerp seks. Door toedoen van mannelijke en vrouwelijke hormonen die een direct effect hebben op de geest (het verstand) en het denken van beide geslachten, is er een sterke motivatie en aantrekkingskracht tot dit soort van denken. Dit soort van denken (net zoals alle gedachten en redeneringen) is egoïstisch, verdraaid en verkeerd. En juist dit aspect van het menselijke denken heeft de grootste invloed van alle op menselijke relaties.

God schiep deze hormonen in mannen en vrouwen om een specifieke identiteit te verschaffen aan twee verschillende mentaliteiten; om in mannen datgene wat mannelijk is tot uiting te laten komen, en in vrouwen hun vrouwelijkheid. Deze omstandigheden hebben op hun beurt een grote invloed op de interacties en relaties tussen beide geslachten en ook tussen gelijke geslachten. Het effect van deze hormonen die zich roeren in het menselijke lichaam en vooral in de menselijke geest, is dat dit een soort van ‘macht’ creëert die beide geslachten juist moeten leren gebruiken. Wanneer deze ‘macht’ die God in onze menselijke geest schiep correct wordt aangewend, dan zal dit grote zegeningen en ware levenvervulling voortbrengen. Maar de mensheid heeft niet kunnen profiteren van deze grote zegeningen en die levensvervulling, omdat zij deze ‘macht’ in ongehoorzaamheid veeleer misbruikt heeft om egoïsme, lustgevoelens en hoogmoed te voeden. En dientengevolge heeft de mensheid slechts vloeken, smart en gevangenschap geoogst in het leven.

Hier zijn grote en machtige lessen uit te leren. Satan maakte misbruik van de grote macht die God hem gaf, en evenzo heeft de mensheid ook de macht die God aan hen gaf misbruikt. Dat is overduidelijk in deze era van grote technologische vooruitgang. In het Millennium zal technologie gebruikt worden om goed te doen, en daar zullen grote zegeningen uit voortkomen.

Mannen en vrouwen moeten het belang van gehoorzaamheid aan God en eenheid met Gods ware levenswegen aanleren, omdat het Gods plan is om ongelooflijke macht aan Zijn Familie te geven. Onze geest (ons verstand) moet veranderd worden tot een geest die in alles ‘getrouw’ is, met de macht die God ons zal geven. Wij moeten ernaar streven om het denkvermogen en de macht die God ons gegeven heeft onder controle te leren houden, zodat wij dit volledig in overeenstemming en eenheid kunnen brengen met hoe God ons leert dat dit gebruikt dient te worden – volgens Zijn ‘manier van leven’. Zijn manier van leven – Zijn wet – gaat allemaal over relaties. Door dit verhaal over Adam en Eva, kunnen wij het belang beginnen in te zien van het leren denken in overeenstemming met Gods wegen, door altijd onze ‘eigen wegen’ te verwerpen; vooral in een van de machtigste en meest invloedrijke aspecten van het leven, namelijk het aspect van de seksuele invloed op onze menselijke geest veroorzaakt door de verschillen tussen mannelijkheid en vrouwelijkheid.

Toen God Adam en Eva schiep, begon Hij met hen te onderwijzen over het leven, familie en relaties. Zij werden allebei als volwassenen geschapen, en door dehoedanigheid waarin God de mensheid geschapen had, voelden zij zich automatisch tot elkaar aangetrokken. Dat was heel natuurlijk, juist en goed. We hoeven er geen doekjes om te winden ‘wat zij beiden zagen, beviel hun wel’, want zo waren zij nu eenmaal geschapen. God onderwees hen over het doel van de seksuele relatie, dat er kinderen uit zouden voortkomen en dat de mensheid vermenigvuldigd zou worden beginnend bij hen.

‘En God schiep de mens naar zijn beeld; naar Gods (Elohim) beeld schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen. En God zegende hen, en God zei tot hen: Wees vruchtbaar, en vermenigvuldigt, en vervult de aarde, en onderwerpt haar.’ (Genesis 1:27-28)

Gods plan omvatte de voortplanting en de vermenigvuldiging van de mensheid. Het was Gods doel om de mensheid te leren wat de fatsoenlijke manier is om je te gedragen en hoe de familie gestructureerd is. Dit hield ook in dat zij kleding zouden leren dragen, en dat zij uitleg zouden krijgen waarom dit nodig zou zijn wanneer er eenmaal kinderen geboren zouden worden die zouden opgroeien, en er families zouden ontstaan. Zelfs nadat Adam en Eva zichzelf van ‘kleding’ voorzien hadden, leerde God hen later hoe zij zich behoorden te kleden, door kleren van dierenhuiden voor hun te maken.

Maar nadat zij gezondigd hadden werd hun geest (hun denken) ‘onnatuurlijk’ en ongezond, en hun redenering leidde hen tot een negatief zelfbewustzijn. Gevoelens van schaamte, verlegenheid en ongemakkelijkheid ten aanzien van God begonnen hun denken te overheersen. Adam en Eva bedekten hun lichaam omdat zij niet ‘naakt’ voor God wilden verschijnen. Dit was het eerste bewijs van de negatieve gevolgen van zonde.

‘Toen werden hun beider ogen geopend, en zij bemerkten, dat zij naakt waren; zij hechtten vijgebladeren aaneen en maakten zich schorten.’ (Genesis 3:7)

Zij wilden niet dat God hun geslachtsdelen kon zien. En nadat zij zich zo goed en zo kwaad mogelijk ‘gekleed’ hadden, gingen ze hierin nog verder door zich voor God te verbergen. Hun houding ten aanzien van God en hun ‘relatie’ met God was onnatuurlijk en verstoord geworden.

‘Toen zij de stem van de HERE God hoorden, die in de hof wandelde in de avondkoelte, verborgen de mens en zijn vrouw zich voor de HERE God tussen het geboomte in de hof. En de HERE God riep de mens tot Zich en zei tot hem: Waar zijt gij? En hij zei: Ik hoorde Uw stem in den hof, en ik vreesde; want ik ben naakt; daarom verborg ik mij.’ (Genesis 3:8-10)

Zonden veroorzaken een ‘onnatuurlijke’ en ongezonde geest (vergeleken met het doel wat Gods voor ogen had toen Hij de menselijke geest schiep). Dit uit zich in alle mogelijke menselijke relaties, en het verdraaid het denken en verstoord hoe mensen zichzelf en anderen gaan zien, en dit vooral in een context van het andere geslacht en het seksuele. Zulks verspreid zich op grote schaal doorheen de menselijke geest; iets wat overduidelijk bewezen wordt in onze huidige maatschappij in reclame, muziek, kleding, films en alle andere vormen van amusement.

Het gevolg van zonden is dat zij vloeken voortbrengen. De meeste mensen vinden het moeilijk om dit concept van vervloeking te bevatten, omdat zij geneigd zijn om hierbij te denken aan situaties zoals toen God de plagen over Egypte uitstortte. En hoewel God soms inderdaad rechtstreeks ingrijpt en een vloek uitstort vanwege ongehoorzaamheid en kwaad dat geschied is, toch is dat niet wat bedoeld wordt wanneer we het hebben over wat in de Hof van Eden gebeurde.

God schiep de mensheid met als doel dat iedereen uiteindelijk de kans zou krijgen om door Zijn geest verwekt te worden, zodat hun geest omgevormd zou kunnen worden tot een vernieuwde geest die Elohim gemaakt kan worden. God heeft gedurende het hele scheppingproces van het menselijke leven herhaaldelijk Zijn verlangen – Zijn wil – geuit, om de mensheid te kunnen zegenen.

‘Onderhoud dus het gebod, de inzettingen en verordeningen, die ik u heden gebied na te komen. Het zal geschieden, omdat gij aan deze verordeningen gehoor geeft en ze naarstig onderhoudt, dat de HERE, uw God, jegens u het verbond en de goedertierenheid zal bevestigen, die Hij aan uw vaderen met een eed bekrachtigd heeft; Hij zal u liefhebben, zegenen en talrijk maken; Hij zal zegenen de vrucht van uw schoot en de vrucht van uw bodem, uw koren, most en olie, de worp van uw runderen en de dracht van uw kleinvee, in het land, waarvan Hij uw vaderen gezworen heeft, dat Hij het u geven zou.’ (Deuterenomium 7:11-13)

Deze verzen tonen ons duidelijk dat het ontvangen van zegeningen onlosmakelijk verbonden is met gehoorzaamheid aan Gods wegen. Als er sprake is van ongehoorzaamheid aan God (zonde), dan zullen er niet alleen geen zegeningen voortgebracht worden, maar zullen er vloeken volgen. Dus wat gebeurde er met Adam en Eva? Zij waren ongehoorzaam aan God en werden dientengevolge afgesneden van Gods zegeningen, hulp en voorspraak in hun leven. Zij waren volledig op zichzelf aangewezen, omdat zij God afgewezen hadden. Zij wilden hun eigen zin doen en niet Gods wegen volgen, en dus gaf God hun ‘hun eigen weg’..die enkel vloeken voortbrengt.

‘Tot de vrouw zei Hij: Ik zal zeer vermeerderen de moeite uwer zwangerschap; met smart zult gij kinderen baren en naar uw man zal uw begeerte uitgaan, en hij zal over u heersen.’ (Genesis 1:16)

Deze vloek was gewoonweg het resultaat van de wegneming van Gods zegeningen door hun ongehoorzaamheid aan Gods wegen, die zegeningen voortbrengen. De mens heeft altijd verkozen om ‘zijn eigen wegen’ te bewandelen, en Gods wegen te verwerpen. De gevolgen daarvan – het resultaat – zijn alle vloeken in het leven. Alleen Gods weg kan ‘ware blijvende’ zegeningen voortbrengen en geen enkele andere weg.

De vrouw werd door God aangesproken, en haar werd verteld door God: ‘Ik zal zeer de moeite van uw zwangerschap vermeerderen’. Dit is een rare vertaling en dit betekent echt niet dat God de pijn tijdens de bevalling zou verergeren. Het woord voor ‘zwangerschap’ betekent precies wat daarmee bedoeld wordt – het moment waarop een spermacel en een eicel verenigd worden. Het heeft te maken met het tijdstip waarop je zwanger wordt of ook wel de hele tijd van de zwangerschap. Het gaat gewoonweg over het feit dat je leven op de wereld zet. Het gaat er hier duidelijk ook niet over dat het aantal zwangerschappen (bevruchtingen) drastisch vermeerderd zou worden. God openbaart hier wél dat de zorgen (het verdriet) in het leven van de vrouwe vooral in de context van het familieleven, nu zeer erg vermeerderd zou worden, omdat zij God en zijn wegen die een leiddraad voor goede menselijke relaties zijn verworpen hadden – Zij wegen verwierpen die zegeningen voortbrengen in het familieleven.

Het gebeurt vaak in de Bijbel dat God eerst een feit poneert, en vervolgens de uitleg hierover geeft. Dit is typisch zo’n schriftgedeelte. Omdat zij Gods wegen verwierp, die een leiddraad voor het familieleven zijn en dit reguleren, zou de moeder voortaan in het gezinsleven veel meer zorgen (verdriet) ondervinden wanneer zij bezig is met (onderwijzen, zorgen voor, grootbrengen, begeleiden, corrigeren, etc.) die vrucht die zij in haar leven ontvangen heeft en in het gezin gebracht heeft. In alle samenlevingen is altijd de verantwoordelijkheid en het grootste deel van het werk van de opvoeding van de kinderen aan de moeder van het gezin ten deel gevallen. Doordat zij Gods wegen verworpen had, zou er zich een vloek in het leven manifesteren in de vorm van grotere zorgen (verdriet) en bezorgdheid; veel groter dan het geval geweest zou zijn indien God en Gods wegen de leiddraad voor het familieleven geweest zouden zijn.

Vervolgens is er de kwestie van de pijn, de strijd (worsteling) en de zorgen (het verdriet) die een vrouw (en uiteraard ook een moeder) ondervindt door de houding en het gedrag van haar man ten opzichte van haar. Omdat zowel man als vrouw Gods heerschappij, begeleiding en instructies hebben verworpen ten aanzien van hoe zij met elkaar (ten aanzien van elkaar) dienen te leven, heeft de familie (het familieleven) enorm geleden, en dit geldt eerst en vooral voor de vrouw.

De uitdrukking over de vrouw ‘naar uw man zal uw begeerte uitgaan’, openbaart een gebrek aan vervulling (bevrediging) in de huwelijksrelatie; meer in het bijzonder het gebrek aan steun, erkenning, liefde, affectie en het ‘delen met elkaar’ waar een vrouw diep van binnen naar verlangt / hunkert. Er zijn in het leven drie specifieke gebieden die hierin vooraan staan.

Familie en de Man (echtgenoot)
Het eerste vooraanstaande domein wat zo’n negatieve en destructieve last heeft gelegd op de kracht, de stabiliteit, de vreugde en de volheid die in het familieleven zouden moeten heersen, komt ten gevolge van de vloek die God over de man uitsprak.

‘En tot Adam zei Hij (God): Omdat gij naar uw vrouw hebt geluisterd en van de boom gegeten, waarvan Ik u geboden had: Gij zult daarvan niet eten, is de aardbodem om uwentwil vervloekt; en met smart zult gij daarvan eten zolang gij leeft, en doorns en distels zal hij u voortbrengen, wanneer gij van het gewas des velds eet; in het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, totdat gij tot de aardbodem wederkeert, omdat gij daaruit genomen zijt; want stof zijt gij en tot stof zult gij wederkeren.’ (Gen. 3:17-19)

Hoe heeft dit de relatie tussen echtgenoot en echtgenote, en de familierelatie beïnvloed? Je zou nu makkelijk de puzzelstukjes moeten kunnen invullen. De man (echtgenoot) evenals de vrouw (echtgenote) en de kinderen, hebben allen veel harder moeten werken in het leven, omdat Gods zorg, voorziening en overvloed aan zegeningen weggenomen werden. Deze harde labeur (zware arbeid) heeft veel tijd weggenomen die een man en een vrouw anders in een huwelijksrelatie samen zouden kunnen doorbrengen, teneinde meer samen te delen (meer tijd met elkaar door te brengen) en meer aan hun beider relatie te kunnen werken zodat zij samen een grotere levensvreugde zouden kunnen ervaren. In plaats daarvan hebben tijdrovend werk, werkgerelateerde stress, allerlei andere frustraties door het werk, problemen, ontberingen, worstelingen, etc. een zware last/druk op het familieleven gelegd.

Over deze frustraties en de invloed die zij op het huiselijke (familie) leven hebben, hoeven we niet verder uit te weiden. Kijk gewoon om je heen naar het leven van andere mensen die je kent en beschouw hun strijd in dit leven, en oorzaak en gevolg worden je overduidelijk.

Dus een van de hoofdredenen, waarom een vrouw ernaar hunkert dat dit verlangen ‘naar uw man zal uw begeerte uitgaan’ vervuld/bevredigd zou worden, is de vloek die over man kwam om in de fysieke noden van het gezin te voorzien (inkomen, voedsel, etc..). De werklast en het zwoegen die hem ten beurt vielen in de vervulling van deze rol, hebben veel ‘tijd’ weggenomen van het familie- en huwelijksleven. De stress, de strijd en het zwoegen van het dagelijkse werk hebben ertoe geleid dat mannen hun verantwoordelijkheid naar hun familie toe hebben afgeschoven op hun vrouw. Naarmate de man meer in zichzelf gekeerd, egoïstisch en ongeduldig in het leven werd, voelde de vrouw (en over het algemeen oook de kinderen) zich leger, minder geliefd en minder gewaardeerd. Het is zoals in de song “Cat’s in the Cradle’ van Harry Chapin. Zoek de tekst van deze song een keer op en lees ze voor jezelf, of zoek deze song en luister er eens naar. De tekst is echt betekenisvol en zo uit het leven gegrepen. (deze link geeft uitleg over de songteksthttp://www.lyricinterpretations.com/Harry-Chapin/Cats-the-Cradle , enhttp://songteksten.net/translation/4036/49194/ugly-kid-joe/cats-in-the-cradle.htmlgeeft een letterlijke vertaling). Het is precies dit soort van omstandigheden die ervoor zorgen dat een familie vaak uit elkaar groeit, en waardoor de verschillende familieleden vaak emotionele en psychologische littekens in hun leven meedragen.

In onze huidige ‘moderne’ maatschappij zijn deze omstandigheden vaak nog vele malen erger geworden, omdat van een vrouw (een moeder) verwacht wordt dat zij het grootste deel van de opvoeding van de kinderen op zich neemt. Daarbovenop heeft zij vaak zelf ook een baan om te ‘helpen’ de eindjes aan mekaar te knopen. Zij maakt het huis schoon, doet de was, doet boodschappen en meestal wordt er van haar ook nog verwacht dat zij iedere dag kookt – en nog zoveel meer. Ja, zij heeft een ‘begeerte’ naar haar man, maar niet alleen om meer tijd samen door te kunnen brengen; maar zij verlangt er ook naar dat hij haar zou ‘helpen’ bij die enorme werklast die van haar verlangd wordt en die zij verwacht wordt uit te voeren. Zij ondervind niet alleen gevangenschap, maar is meer slaaf dan vrouw (echtgenote).

‘En de HERE God zei: Het is niet goed, dat de man alleen zij. Ik zal hem een hulp maken, die bij hem past.’ (Hebreeuws: aan zijn zijde, bij, voor, naast, met hem).’ (Genesis 2:18)

God schiep de vrouw om een hulp ‘aan de zijde van’ de man te zijn, maar van de man werd evenzeer verwacht dat hij aan dit beeld zou beantwoorden – namelijk een hulp ‘aan haar zijde’ zijn. Dit functioneert als een team dat samenwerkt – zij aan zij met elkaar in het leven. Zie hoe ver de maatschappij afgeweken is van Gods doel en plan met de schepping van man en vrouw als een ‘team’. Zij die het concept en het doel van dit ‘teamwork’ en van ‘samen werken’, plannen en volledig alles in het leven samen te delen – zij aan zij – niet kunnen bevatten, beroven zichzelf, hun huwelijk en hun familie van de zegeningen, het geluk, de liefde en een veel grotere vervulling in het leven.

(Deel 7 volgende week)